9 maart – aankomst Bunbury
Ik ben toch wat gespannen… een beetje te veel willen inschatten wat het zou worden zonder er al te zijn. De eerste indruk van Bunbury was niet geweldig: zo lelijk! Een plat stadje zonder stijl aan de zee. Wat gaan we hier zes weken doen? We werden opgepikt en namen onze intrek in een huis van Stan, via de eigenaar van onze hostel in Perth. Daarna zou blijken dat we weer met ons gat in de boter waren gevallen 🙂. ‘s Avonds gingen we nog naar het strand aan het einde van onze straat. De intussen strakblauwe hemel en de zon boven de zee, prachtig! Het was het eerste moment van thuiskomen in Bunbury. Ik zat op het strand, en ik kon met mijn armen de schittering van de zon op de zee omvatten. De zon gaf een felle filter rond mijn hoedje. Het was zo af.. inspirerend. S Avonds lekker gegeten, genoten van een concert en heus vuurwerk. Content ons bedje in.
10 maart – kennismaking Dolphin Centre
2de dag in Bunbury en de indrukken voelen steeds beter. Bij aankomst hield ik mezelf voor om nog niet te oordelen en gewoon te zien wat week 1 zou brengen. Deze week is carnavalweek in Bunbury, dus een ideaal moment om het local life te leren kennen.
Na een wondergoede nacht vroeg uit de veren. We moeten elke dag om 7u20 op de Dolphin Centre zijn (niet lachen, dat is vroeger opstaan dan thuis, ja). We kregen opleiding van Rob, een gepensioneerde pilot instructor. Heel sympathieke man. Er draaien zo’n 60 vrijwilligers mee in het centrum. Knappe organisatie, goed draaiboek om alles zo op elkaar af te stemmen, meer dan chapeau, al vanaf dag 1. Het is bijzonder om hier deel te kunnen van uitmaken. Education, conservation, tourism en research zijn de codewoorden. De dolfijnen hebben een naam. Ze zijn heel verschillend en heel herkenbaar aan hun rugvin, leren we. We zagen ook al een filmpje. 1 op 3 baby dolphins sterft bij de geboorte. Zoveel! In het filmpje toonden ze hoe een mama dolfijn daar mee omgaat. Het raakte me zo diep hoe mooi het was. De mama zwemt 5 tot 10 dagen met haar dode jong rond tot het bijna volledig gedesintegreerd is. Ze eet niet, ze communiceert niet. Ze is zo kwetsbaar op dat moment dat haar groep om haar heen zwemt om haar te beschermen tegen haaien. Er rollen enkele tranen over mijn wangen zonder dat iemand het merkt. Mijn mama-connectie met een dolfijn.
De eerste visit van de dolfijnen iets later doet ons stralen. Waw, ze komen in de interaction zone waar ze geleerd hebben dat interactie met mensen veilig is. Maar het zijn wilde dieren, dus het is onvoorspelbaar wanneer ze langskomen. Heel speciaal. En ook vandaag is de hemel strakblauw en de zon fel. Een constante zeebries blaast alle zorgen weg. En zo zit ik s avonds te schrijven op het terrasje van ons huisje, blij met de keuzes die we gemaakt hebben. Het is heel bijzonder hier en het Dolphin Discovery Centre blijkt een uitstekende keuze voor ons engagement.
12 maart – wilde dolfijn langs je benen: Levy!
De dolfijnen komen terug in de interaction zone (btw een afgebakende zone in het lage water van de Koombana Bay), heel leuk. Ik was juist in de can (container op de beach waar volunteers even rusten) en stond bij de eersten in het water. Levy kwam eens kijken wie ik was, zomaar op 30cm van mijn benen. Ze draaide eens rond om goed te kijken en het leek alsof ze zei “you’re new here” 🙂. Daarna konden we voor het eerst helpen de toeristen op een lijn te krijgen in het water, met bijhorende uitleg en verhalen. Levy kwam tot 3x toe langs en bracht ook haar 1 jaar oude jong mee.
s Avonds hebben we volunteer meeting, heel leuk en gezellig socialisen. Marketing wordt aangehaald als een van de prioriteiten. Aha, zou hier een rol voor mij weggelegd zijn? Mary -een van onze favoriete Australische long term volunteers- laat de coordinator Phil alvast weten dat ik een tourism marketeer ben. Leuk.
Na de meeting gaan we nog even uit met de jonkies van de volunteers, vooral buitenlanders ook. Leuke bar, met karaoke (al hebben wij geen show proberen stelen). Er zijn ook heel wat Japanse volunteers.
13 maart – het gewone leven
Vandaag verhuizen we naar Sascha en Marks huis. Daarna gingen we op zoek naar een fiets to rent. Maar in geen velden een fietsenverhuur te bespeuren. We kopen een fiets in de supermarkt. We zien wel of we hem terugverkopen hier in Bunbury of meenemen naar Uluru. Vanaf nu is onze actieradius veel groter, jippie!
14 maart – Ecotour
Een eenvoudige mooie dag. We konden deelnemen aan de Ecotour, als vrijwilliger mag je 2x per maand mee op de boot om zoveel mogelijk te leren over de dolfijnen. Heerlijk. We zagen heel veel dolfijnen op volle zee jagen, vissen dus. Ze hadden het druk, er was wellicht een grote school vissen. Het voelt alsof we al jaren rondlopen op Dolphin Discovery Centre. Het moment supreme voor Axel is wanneer er een dolfijn voor de boot komt surfen, ondersteboven net onder het wateroppervlak. Hij lijkt ons net zozeer aan te gapen als wij hem/haar.
Ik stond vanmorgen op met -zonder overdrijven- 67 beten van wellicht bed bugs. Jakkie! Rob was wel heel gegeneerd en zou morgen de beestjes eens uitroken. I’m gonna put a bomb in the house and they’ ll be gone. 🙂 Yep. Ze hebben wel gevoel voor humor anders. En hun accent is super, helemaal niet zo plat als gevreesd. En o ja, ze zeggen effectief heel vaak ‘No worries’.